Uitbreiding van militair luchtruim in Noord-Nederland

EEMSDELTA - Defensie wil een groter deel van het luchtruim boven Noord-Nederland aanwijzen als militair oefengebied.

Dit staat in de zogenaamde Luchtruimherziening die onlangs gepubliceerd is door minister Cora van Nieuwhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) en staatssecretaris Barbara Visser (Defensie). Het gaat om maatregelen die vanaf 2023 worden ingevoerd.

Door de uitbreiding van het bestaande militaire oefengebied in het noorden van Nederland kan een oefengebied in het zuidoostelijke deel komen te vervallen. Dit wordt dan in gebruik genomen voor het civiele luchtverkeer. Defensie wil het noordelijke luchtruim onderdeel maken van een grensoverschrijdend oefengebied met Duitsland. Aanleiding voor de veranderingen is het feit dat het steeds drukker wordt in het Nederlandse luchtruim. Zo moet er ook ruimte gemaakt worden voor militaire drones. Daarom moet efficiënter met de ruimte omgegaan worden.

Door vooral het Noorden te gebruiken voor militaire vluchten en de rest van Nederland voor de burgerluchtvaart, ontstaan kortere ‘snelwegen’ in de lucht en kortere routes van en naar de luchthavens. Dit zorgt voor minder brandstofverbruik en CO2- en stikstofuitstoot. Door sneller te klimmen en te dalen neemt ook de hinder op de grond af, zo stelt Defensie. Dit wordt ondersteund door onafhankelijke milieueffectrapporten die gemaakt zijn.

Tegen de voorgestelde luchtruimherziening kunnen nog zienswijzen worden ingebracht. Als deze procedure is doorlopen, dan volgt de invoering stap voor stap vanaf 2023.