Ingri Brouwer van het Ommelander Ziekehuis hamert op het belang van leefstijl en preventie (foto OZG).
Ingri Brouwer van het Ommelander Ziekehuis hamert op het belang van leefstijl en preventie (foto OZG).

Ommelander Ziekenhuis onderstreept belang van leefstijl en preventie

Algemeen

SCHEEMDA - Het Ommelander Ziekenhuis Groningen (OZG) in Scheemda houdt op 1 februari een besloten symposium over leefstijl en preventie. Professionals in de zorg komen dan samen om te praten over dit onderwerp en het belang ervan. 

Volgens Ingri Brouwer, orthopedisch chirurg en lid van het stafbestuur van het OZG, zijn leefstijl en preventie van het allergrootste belang. ,,De zorg en de maatschappij staan voor een enorme uitdaging. Een sterk groeiende zorgvraag en minder mensen om deze zorg te leveren. Verbetering van de leefstijl kan een bijdrage leveren aan het keren van het tij.’’

Ingri ziet veel patiënten in haar spreekkamer die overgewicht hebben. ,,Daarbij krijgen zij vaak ook klachten zoals pijnlijke gewrichten. De klachten verminderen bij patiënten die meer gaan bewegen, een betere conditie krijgen en gewicht verliezen. 

Hoewel veel zorgverleners en organisaties al langere tijd met dit thema bezig zijn, is het probleem nog steeds niet kleiner geworden, eerder groter. Ingri: ,,25 procent van de jongvolwassenen in Nederland heeft overgewicht. En niet alleen overgewicht, maar ook roken en gebrek aan zingeving en ontspanning of toenemende stress leveren gezondheidsklachten op. In onze regio hebben we daarnaast relatief veel te maken met overerfbare armoede. Deze vorm van armoede heeft ook sterke invloed op gezond leven en de toename van overgewicht.’’

De oplossing ligt volgens de orthopedisch chirurg niet direct in het ziekenhuis, maar vooral in het netwerk dichtbij de inwoners. Met name de gemeente, sportverenigingen en scholen kunnen een positieve rol spelen. ,,Samen kunnen en moeten we meer doen. Het is heel belangrijk dat we het aantal mensen met leefstijl-gerelateerde chronische ziekten zoals obesitas en diabetes terugdringen. Het urgentiebesef en tempo moeten verder omhoog. Dat is niet alleen nodig om de individuele inwoner gezonder te maken, maar het helpt ons ook om de uitdaging voor de toekomst aan te gaan door het verlagen van de zorgvraag. Het grote effect zie je natuurlijk pas na tien tot vijftien jaar, dus laten we zo snel mogelijk beginnen!”